Boven de kleurrijke huisjes van het dorpje Sivota, in de groene heuvels van Parga, pronken de vier prachtige witte villa’s van Casa Sivota. Wanneer ik de auto uitstap, staat Stavros me al op te wachten met een grote glimlach. Stavros reisde zijn hele leven door Griekenland, maar keerde altijd weer terug naar zijn geliefde dorp. Zoekend naar een reden om zo lang mogelijk in het dorp te blijven, kwam hij op het idee om de villa’s te bouwen. “Het begon als een goede verblijfplaats voor vrienden, maar het is een beetje uit de hand gelopen”, grinnikt Stavros trots.
En zijn trots is zeker niet misplaatst. Casa Sivota is een dromerig paradijsje. De stralend witte villa’s hebben een zachte en serene inrichting, van alle gemakken voorzien. Achter mijn villa is er een eigen tuin met zwembad en een lief roze strandbedje, helemaal voor mij alleen.
“Kom mee”, zegt hij, “Ik moet je wat laten zien”. Stavros loopt enthousiast voor me uit. Langs de villa’s dalen we naar beneden. Dan word ik overvallen door een heerlijke kruidige geur: basilicum! Stavros toont me zijn grootste trots: de tuin. Hier is hij het liefst en ik snap meteen waarom: verse munt, tomaten, peterselie en … aardbeien! “We hebben zojuist de allereerste geoogst; deze zijn voor jou”, zegt Stavros en hij overhandigt me een handje met blozende aardbeien. Terwijl ik een aardbei eet gluur ik naar de zee, fonkelend in het zonlicht. Net als Stavros zou ik hier voor altijd kunnen blijven…